Engerlingen bestrijden

Engerlingen in het gazon.

Engerlingen zijn laren van een (bladsprietige) kever. De naam, bladsprietigen hebben ze te danken aan de eindleden van hun antennes. Deze bestaan uit platte lamellen, ook wel bladen genoemd. Tot de bladsprietigen behoren onder andere de junikever, meikever, het rozenkevertje en de Hoplia Philantus. Het is vooral deze laatste (en het rozenkevertje) die problemen veroorzaakt in gazons (en veel voor komt in onze streek).

Engerlingen vreten de graswortels af tot vlak onder het groeipunt, waardoor de grasmat loskomt van de minerale ondergrond. Het gevolg daarvan is verdroging van de grasmat bij verminderde regenval. Als secundaire schade is er het losplukken van het gazon door merels en kraaiachtigen op zoek naar de engerlingen. Hierdoor vergroot de kas dat het gazon snel veronkruidt met straatgras, … De duur van de levenscyclus bij bladsprietigen loopt sterk uiteen. Bij het rozenkevertje is dit 1 jaar, bij de junikever en de Hoplia Philantus 2 jaar en bij de meikever tot 3 jaar. Engerlingen zijn ivoorkleurige sterk gekromde larven, met een dik zakvormig uitgestulpt achterlijf, dat wat doorschijnend is. Het is vaak donker van kleur door de onderliggende darminhoud. De larve is voorzien van 3 paar bruin gekleurde borstpoten en een bruine kop. De lengte van de grotere larven varieert van soort tot soort tussen 1,5 en 3,5cm. In het eerste larvestadium voeden de larven zich vaak met humusachtig materiaal, de oudere larven voeden zich echter met fijne wortels van planten, struiken, bomen, …. . Dit gaat van haarwortels in het tweede larvenstadium tot grotere wortels in latere stadia. Enkele tweejarige larven van bijv. de meikever zijn reeds voldoende om een jonge boom volledig te doen afsterven. Gedurende de derde zomer verpoppen de meikeverlarven op een diepte van ongeveer 30 tot 60 cm, om in het volgende voorjaar, half april tot mei, als adult tevoorschijn te komen. De volwassenen kruipen uit de grond vanaf eind april tot in juli, terug afhankelijk van de soort. Rond die tijd is hun keverhuid (chitinelaag) nog zacht en gemakkelijk penetreerbaar voor insecticiden.

Bestrijding:

Dus rond 20 april is het ideale tijdstip om een preventief insecticide-laagje te leggen in de bodem waar veel aantasting is gebeurd, om zo de kevers te doden. Het eerste jaar leven de larven nog net onder het bodemoppervlak en zijn ze nog te bestrijden met insecticide. Het 2de jaar van de cyclus kruipen ze reeds dieper in de grond, evenals in het derde jaar zodat ze dan moeilijker te bestrijden zijn. Daarom is het best ook insecticide toe te passen als het erg veel regent tussen half augustus en half september. Op deze manier worden de 1 jarige larven die vrij oppervlakkig zitten nog dodelijk getroffen vooraleer ze dieper migreren. En serieuze regenval zorgt ervoor dat de insecticide dieper in de grond dringd.

Te behandelen met Pychlorex Garden (erkenningsnummer 8353/B), 2 maal per jaar. Eén keer half april en 1 keer eind augustus, begin september. De behandeling 3 jaar na elkaar aanhouden en dit bij overvloedige regenval.

Tip: De birchmeier Granomax is een ideaal hulpmiddel voor het uitstrooien van pychlorex