Het eetbare deel van de plant, een bol met wit vlees, is een deel van de gezwollen ondergrondse stengel net boven de wortel (Latijn: radix) (opgezwollen hypocotyl). De schil heeft verschillende kleuren. De rode kleur is het meest bekend, maar er zijn ook variëteiten (rassen) met een witte en roodwitte tint.
De bol van de radijs wordt meestal rauw gegeten, eventueel dippen in zout. Bij het ouder worden gaat de radijs een stengel vormen en gaat vanaf dat moment in kwaliteit achteruit. Het scherpe, peperachtige van de smaak kan verzacht worden door de rode buitenkant af te pellen. Radijs kan makkelijk voos (sponzig) worden als gevolg van wateronttrekking door de verdampende bladeren. Er zijn echter rassen die weinig gevoelig zijn voor het voos worden. Als de knol gevormd is en in één keer teveel water gegeven wordt kunnen de knollen gemakkelijk gaan barsten.
Tegenwoordig wordt in Nederland 80% van de radijs verpakt in zakjes van 125 gram tot zakken van 10 kg. Dit komt de smaak ten goede omdat het loof er af gesneden wordt. De radijs blijft langer vers tot wel 14 dagen. Zakjes radijs kan je in Nederland bijna niet kopen omdat 90% bestemd is voor de export naar Engeland en Duitsland, maar je komt ze ook in Japan tegen.
 
Dit ras is geschikt voor zowel de teelt in de volle grond of onder platglas. De knolletjes zijn mooi rond en scharlakenrood met een witte punt. De smaak is zacht. Radijs (in feite de wortel van het plantje) is heel gezond en zit vol mineralen, voedingszouten en vitamine C.
Radijs is het lekkerst op de dag van oogsten, maar u kunt ze best een paar dagen in de koelkast bewaren. Slap geworden radijs worden weer redelijk knapperig als u ze een uurtje in koud water legt.
Radijsjes zijn zeer geschikt als caloriearm tussendoortje en een leuk alternatief voor het borrelnootje .
 
Zaaien: van half februari tot half maart  onder glas of van half maart tot half augustus direct in de volle grond. Zaai breedwerpig (het zaad zo goed mogelijk verdeeld over het zaaibedje) of op regeltjes 
(geultjes)  met een regelafstand van 20 cm. Bij het breedwerpig zaaien het zaad circa 1 cm diep inharken en de grond daarna aandrukken. Na opkomst van het zaaisel dunt u iets uit (het teveel aan plantjes verwijderen) zodat er tussen de overgebleven plantjes circa 5 cm ruimte is. 
Radijs groeit het beste op wat losse grond en heeft weinig warmte nodig.
De grond goed vochtig houden want krijgen de radijsje te weinig water dan worden ze scherp van smaak.
Oogst: vanaf 3-5 weken na de uitzaai; radijs is snel klaar dus ook ideaal voor een kindertuintje.
Tip: zaai om de 14 dagen wat radijs, dan kunt u de hele zomer door oogsten.
 
Inhoud :10 gr